Clusius zag die tulp hoogstwaarschijnlijk tussen 1564 en 1570 in de tuin van Joris Rye in Mechelen, Vlaanderen. Hoewel Clusius geïntrigeerd was door de charmes van de tulp, onderzocht hij ook het mogelijke medicinale gebruik en bewaarde hij zelfs sommige van de bollen in suiker om te eten voor het plezier. Hij verklaarde de gekonfijte tulpen iets minder lekker dan orchideeënwortels!
Clusius werd in 1526 geboren als Charles De L’cluse in Arras, Frankrijk, uit een adellijke familie die het zich niet kon veroorloven om hem als aristocraat op te voeden, en werd een van de belangrijkste plantenwetenschappers in de geschiedenis. Destijds moest Botany nog worden uitgevonden; de enige systematische analyse van bloemen en hun eigenschappen gericht op medische waarde. Clusius had de gewoonte zijn ontdekkingen uit te wisselen met andere plantenliefhebbers en langzaam begon hij zijn tulpen te delen met vrienden in Duitsland, Oostenrijk, Hongarije en daarbuiten. De prinses de Chimay, die misschien wel romantische ontwerpen op de geleerde had, en die een regelmatige ontvanger van zijn vrijgevigheid was, noemde hem ooit ‘de vader van elke prachtige tuin (in dit land)’.
In 1573 nodigde keizer Maximiliaan Clusius uit om een botanische tuin in Wenen te vestigen, nabij de grens van het Heilige Roomse Rijk, slechts vijftig mijl van de Ottomaanse grens. De dood van de keizer slechts drie jaar later bracht het project tot stilstand en liet Clusius en zijn planten achter in een kleine privétuin. Hij worstelde de komende 16 jaar in Wenen, zocht naar een levende, vecht tegen plantendieven, ontwikkelde, classificeerde en deelt nieuwe tulpenhybriden.
Na verloop van tijd zou de oude geleerde een uitgebreide catalogus van de tulp in al zijn bekende variaties maken, georganiseerd in 34 afzonderlijke groepen op kleur, vorm en bloeitijd. Zijn tulpenonderzoek vormt de basis voor hoe we tulpen vandaag de dag nog identificeren.
Tulipa clusiana ontleent zijn naam aan de geleerde. Clusius was ook de eerste die de symptomen bestudeerde van wat we nu Tulip Breaking Virus noemen, een ziekte die ervoor zorgde dat tulpen in één kleur uitbarsten in de ruches, vlammen, veren en strepen van meerdere kleuren die het Nederlandse wild tijdens Tulipmania dreef.
In 1592 kreeg Clusius dankzij zijn oude vriend de prinses De Chimay een nieuwe functie. De Universiteit Leiden, een nieuwe, goed gefinancierde instelling in de Nederlandse Republiek, vroeg Clusius om een botanische tuin te creëren voor de academische studie van planten. Hoewel die tuin, die nog steeds bestaat, was gericht op medicinale planten, gaf de universiteit Clusius ook een eigen tuin waar hij zijn legendarische tulpencollectie kon planten.
Hoewel Clusius gebroken tulpen koesterde, erkende hij dat “… elke tulp die dus zijn oorspronkelijke kleur verandert, meestal achteraf wordt geruïneerd en wilde de ogen van zijn meester alleen met deze verscheidenheid aan kleuren verrukken voordat hij stierf, alsof hij hem een laatste afscheid wilde nemen. ” De zwakte en schoonheid van gebroken tulpen luidde bijna altijd het einde van een bloem in.